Sergio
Ramos kopte diep in blessuretijd de gelijkmaker in de verre hoek tegen Atletico
Madrid in de Spaanse Champions League finale. Niet Christiano Ronaldo,
maar Sergio Ramos werd hiermee de held van de avond. De onverzettelijke
scorende verdediger bezorgt Real ‘La Decima’ waar ze al zo lang op gewacht
hebben.
De druk
in estadio Da Luz lag volledig bij Real na het behalen van het Spaans
kampioenschap door het 'arme' Atletico. Het was een boeiende strijd tussen twee tegenpolen. Los
Rojiblanos met voetballende arbeiders en het mantra van coach Simeone ‘El Cholo’; teamgeist.
Real daarentegen staat voor rijkdom, grote ego’s, en rasvoetballers. Alleen als we kijken naar de schulden zijn ze elkaars gelijke; 540 miljoen euro! Veel passie, maar weinig goed voetbal en kansen in de eerste helft. Toch kwam Atletico eind eerste helft fortuinlijk op voorsprong door een fout van de onzekere Casillas. Hij twijfelde bij het uitlopen en de bal ging over hem het doel in. Vanaf dat moment leek El equipo blanco achter de feiten aan te lopen. Maar het geloof in een zege was niet te breken. Uiteindelijk bezweek de verdedigingsmuur van Atletico toch onder het koninklijke aanvalsgeweld. Ramos bracht in de 93e minuut (!) de Real fans alsnog in extase. Daarmee was het verzet van de Madrileense buurman gebroken. Real liep uit naar 4-1 via Bale, Marcelo en Ronaldo. De laatste vestigde, met het benutten van een zelf versierde pingel, en passant een record door 17x in de CL te scoren.
Real
vierde uitbundig feest op de Plaza de Cibeles waar held Ramos de clubvlag rond
de hals van vruchtbaarheids godin Cibeles knoopte.
Heel
Nederland hoopt dat de Spanjaarden op 13 juni in Brazilië wat minder vruchtbaar
zijn.
Ab+
